zondag 23 november 2014

RunForesterRun #1

De kudde verkent de route. 
Vrijdag. Collega Jorien Bakker aan de telefoon. ‘Als je nu eens alle trailruns in Drenthe meedoet Aaldrik. Als RunForesterRun, dat is leuk!’ Het woordgrapje is inderdaad leuk. Maar de eer gaat eigenlijk naar Winfried Bats. Hij bedacht in samenwerking met de Drentse terreinbeheerders zes prachtige trailruns onder de naam RunForestRun. De eerste in Gasselte was niet alleen prachtig, maar ook een groot succes. Ik liep er de 13 km. En het Holtingerveld, Drents Friese Wold, Drentse A, Dwingelderveld en de Kop van Drenthe volgen. Maar of ik ze ook allemaal wil lopen. Die in de Kop van Drenthe, waarvan ik de route zelf heb uitgestippeld, is 29 kilometer lang. Slik.

Toch hoor ik mezelf binnen twee tellen zeggen: ‘Ja, dat is inderdaad leuk.’ En met dat idee in het achterhoofd reed ik gisteren richting Havelte. Ik had me aangemeld voor de 15 kilometer en ik verheugde me enorm op het ongetwijfeld heuvelachtige en zanderige parcours. Maar toen ik op de parkeerplaats bij de schaapskooi uit de auto stapte moest ik weer even slikken. Gure wind! Had ik wel de goede kleren bij me?

Waar in Gasselte ons de muziek nog tegemoet schalde, was het welkom hier sober maar hartelijk. En passend bovendien. Bij trailrunning staat beleving van de natuur waarin je loopt voorop. Tijden zijn minder belangrijk, maar de rituelen zijn hetzelfde. Lopers die elkaar bevragen. Heb je veel getraind? Welke afstand ga je doen?

Tijdens het warmlopen komt de schaapskudde me tegemoet. Ze monsteren het bordje met het opschrift Pas op! Lopers. Leuk idee ook dat een deel van de opbrengst van het evenement naar de schaapskooi gaat. Ze kopen er een nieuwe hogedrukspuit van.

De running forester (rechts).
Foto Bernie Jenster
En dan. We starten. Zonder startschot, zonder speaker, zonder poespas. Winfried legt iets uit over de route, maar ik versta hem niet. Mijn muts zit over mijn oren. Ik zie wel. We starten in kleine groepjes en binnen een klein kwartiertje loop ik nagenoeg alleen. Ik kom lastig in mijn ritme. De route slingert voortdurend, er zijn veel kleine hoogteverschillen en mulle zandige stukken. Het is zwaar, maar o zo mooi.

Twee vrouwen voor me kwebbelen aan een stuk door. ‘Wat is het hier prachtig!’, hoor ik haar zeggen. Ik denk aan het verwijt dat ik vaak hoor. Hardlopers hebben helemaal geen oog voor de natuur. Ja, je hebt ook andere dingen te doen, maar tijdens het lopen zie en hoor ik van alles. Een goudvink die een ijl liedje zingt, een groep kruisbekken die me toejuicht vanuit de boomtoppen en ik zie in een flits de pootafdrukken van een das.

Startnummer 145. Foto John Veenstra
Maar eerlijk is eerlijk, na een kilometer of 12 ben ik vooral met mezelf bezig. Waarom doe ik dit ook al weer? De mantra die ik zo vaak hoor, hardlopen is niet gezond, dringt zich op. Maar ik denk ook aan het boek Why we run van Bernd Heinrich, ultrarunner en eminent raven-ondezoeker. Over hoe wij als enige wezen op aarde in staat zijn zo lang achter elkaar te lopen, als het moet honderden kilometers. Daar kan een cheetah, wolf of gnoe een puntje aan zuigen. Over hoe belangrijk hardlopen was in onze evolutionaire ontwikkeling.  

Het laatste stuk over de Havelterberg. De lopers voor me zijn verrast bij het zien van het enorme hunebed. Ze staan even stil. Ik voel hoe de zon het wint van de wolken. Langzaam ploeter ik verder, ik ben moe, mijn benen doen zeer, maar ik ga nog steeds vooruit en geniet van het buiten zijn. Ik voel dat ik nog wel een uur door zou kunnen lopen als het moest. Maar het hoeft niet. Ik ben weer bij de schaapskooi. Ik zie mensen lachen, elkaar omhelzen, genieten…

Wolter de Lange uit Steenwijk, een van de 30 km-lopers. 
Meer informatie over alle RunForestRuns vind je op www.runforestrun.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten