zaterdag 13 april 2013

Natuurspoorjournaal #42 - Gatkunde

Gatkunde: sporen van een jonge bosuil. Door zijn geklooi op de bodem van de holte wordt de inhoud naar buiten gewerkt. De bodem van de holte zit bijna op gatniveau.
Ik zou er graag op promoveren, gatkunde. Dat kan vast. Alleen waar? Ik ben al jaren gefascineerd door holle bomen en de dieren die daar gebruik van maken. En bijna elke holle boom heeft ergens een uit- c.q. ingang. Een gat, of in iets minder platte bewoordingen een ingang. 
De waarde van holle bomen in een bos hoef ik volgens mij niet verder toe te lichten. Al zie ik er tot mijn grote verbazing nog geregeld eentje sneuvelen door overenthousiast menselijk handelen. Hoe dan ook, gisteravond was ik met Maaike op pad om een paar holle bomen (en een nestkast) te inspecteren met een cameraatje. Aan de hand van de sporen rondom deze bomen kon het bijna niet anders dan dat er een boommartermoertje voor nageslacht had gezorgd. Echter, niets van dat alles. 
Ik zeg altijd heel stoer dat ik van verrassingen houd. Maar nu was ik toch even van slag. Het kan natuurlijk nog steeds. Veel buizerds hebben ook nog steeds geen eieren, terwijl het gemiddelde legbegin vorig jaar op 4 april lag. Over een weekje moet ik het dus nog maar een keer proberen. 
Het gaat sowieso niet heel flitsend met mijn autoriteit op gatgebied. Vorige week daagde mijn martermentor Hans Kleef me nog uit. Ik had een verdachte beuk gevonden. Veertje en houtmolm in de holterand, wat oude beukensnippers op de grond. 'Wat zit er in, jij bent de sporenexpert', zei hij glimlachend. Op basis van het beeld, moest het bijna wel een zwarte specht zijn die de holte had geïnspecteerd en een beetje opgeschoond. 'Uilskuiken!' Het duurde een seconde voordat ik doorhad dat hij met de boomcamera een jonge bosuil in de holte had gezien en niet mijn onkunde benoemde. 
Dus... Dat promoveren op gatkunde wordt nog niet zo eenvoudig. Misschien kan ik nog switchen naar poepkunde. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten