zondag 10 januari 2010

Herfst

Een paar jaar geleden was er geregeld een gekke Amerikaan met ontploft haar op de televisie: Bob Ross heette hij geloof ik. De man schilderde met kinderlijke eenvoud, althans zo leek het, de meest kleurrijke landschappen. Ik dacht altijd dat de schilderijen volledig aan zijn fantasie ontsproten waren en niets met de werkelijkheid te maken hadden. Die gedachte moest ik verwerpen toen ik voor het eerst in de herfst in het Zwitserse Unterengadin kwam. De bladeren van de espen waren diep rood gekleurd, terwijl de berken en esdoorns hun best deden om geel opnieuw te definiëren. Waanzinnig, op het overdrevene af.

In Nederland is de herfst meestal wat minder uitbundig. Ja, beuken kunnen prachtig geel worden en esdoorns kunnen er ook wat van. En krentenboompjes kunnen een hele bosrand van een rode gloed voorzien. Maar zo knal als het in de bergen is, heb ik in Nederland nog nooit gezien.

Over dat beleven van de herfst schreef ik ooit een nogal bombastisch gedicht:

Wanneer de bomen baden

in licht van duizend kleuren

schudt de wind te takken kaal.

En terwijl de bladeren argeloos vallen

en onbewust het kleurenspel verbannen,

zeggen de mensen alleen… ’t is herfst.

Ik zou het nu niet meer durven te schrijven, maar de kern ervan houdt me nog steeds bezig. Ik vraag me namelijk af of we ons nog wel eens verwonderen of dat we het, zoals in het gedicht, bij nuchtere constateringen houden dat het herfst is. Zijn we niet zo met de ratrace van alledag bezig, dat de seizoenen als een grauwe sluier aan ons voorbij glijden? Ik denk het wel en dat is jammer. Ik wil hier niet de natuurtherapeut gaan uithangen, maar door een dagje wandelen in het herfstige buiten kun je je nog even opladen. Een wintervoorraad energie en inspiratie opslaan zeg maar.

Het klinkt een beetje zweverig, maar ik denk echt dat we als Homo sapiens digitalis veel te weinig buiten zijn. En als we dat al doen, doen we het allemaal op dezelfde dag. Dit heeft weer tot gevolg dat de mountainbikers last hebben van de moeders met kinderwagens et cetera. We kunnen dat best een beetje door de week gaan spreiden. Zeg gewoon tegen je baas op maandagmorgen dat je niet op de vergadering kunt komen omdat je aan je wintervoorraad gaat werken. Ik durf te wedden dat de wereld er sowieso niet slechter van wordt als we eens wat minder vergaderen met zijn allen, maar dat terzijde.

Ik heb de afgelopen weken in ieder geval ook gewerkt aan mijn wintervoorraad door weer een weekje te gaan wandelen in de bergen van Zwitserland: uitbundige kleuren, herfstige slagregens, sneeuwbuien, maar ook zomerse temperaturen. Bovendien, door het urenlange lopen vervloeien op een gegeven moment fantasie en werkelijkheid op een prettige manier met elkaar. Daarom ontstaan buiten ook de mooiste en beste ideeën. Waarom zitten we dan zoveel binnen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten