Levende bultrug in de wateren rond IJsland. |
Als mens hebben wij met het grote zeezoogdier een opvallende
overeenkomst; we maken beide gebruik van taal. Bultruggen baltsen met liefdesliedjes
die grammaticaal opgebouwd zijn en in dialect worden uitgevoerd (Bron: Live Science 22 maart 2006).
Wij mensen variƫren met 7000 gesproken talen en leven samen in een wereld
geschapen en gescheiden door het woord. Het gebruik van taal scheidt ons van de
omringende wereld. Met het aanwijzen en benoemen van een object trekken we een
grens: mens en natuur. Maar wat je scheidt kun je je vervolgens toe-eigenen en
daarvan is de bultrug die woensdag 12 december 2012 in de Noordzee op een
zandplaat strandde een goed voorbeeld.
Wat is er gebeurd? Een bultrug heeft de pech gehad om in
ondiep water terecht te komen. De verwachting is dat hij zal sterven op de
zandbank waar hij op strandde. Van zijn dood zullen andere dieren leven. Dit omschrijft
een ideale situatie in de romantiek van ecologen. Maar het wordt anders, de bultrug
is vanuit de wildernis ons mensenpark binnen gezwommen en gestrand op een zandplaat
bekend onder de naam de Razende Bol. Nu we hem gezien hebben krijgt hij ook een
naam en onze aandacht: Johannes de bultrug.
Wildernis, staat er op de niet in kaart gebrachte plekken.
Daar mag een bultrug zonder menselijke bemoeienis sterven. Hier op het randje van het mensenpark kunnen
we onszelf en de bultrug dat niet aandoen. We maken deel uit van de
dierenwereld en die niet gedomesticeerde grote walvis die bij ons op de stoep
komt liggen daar moeten we iets mee. Iets doen voor een ander mens en iets doen
voor een andere zoogdiersoort, dat is toch mooi? Als we Johannes redden, redden
we daarmee ook onszelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten