dinsdag 28 januari 2014

Natuurspoorjournaal #59 - Harz #2

Even kort door de bocht, missie Lynx episode 4 is ook mislukt. Voor de duidelijkheid, ik hoef niet per se een lynx te zien, maar een prentje (of twee) zou wel aardig zijn. De ranger (zo noemde hij zichzelf, daar kan ik ook niets aan doen) in het infocentrum in Bad Harzburg gaf ons nog een beetje hoop. Rond de luchsgehege werd af en toe ook een vrijlevende lynx gezien met haar drie jongen van vorig jaar. Maar hoe we ook zochten op ons zes uur durende struintochtje geen spoor van die turbopoezen natuurlijk.

Wilde kat?
Wel vonden we op een verder onbelopen paadje twee andere, niet kakelverse, prenten in de categorie zeer verdacht. Op foto 1 zie je een van beide. Vijf centimeter lang en ongeveer even breed. Een middenkussen in de vorm van een verse babyneus, licht asymmetrisch staande teenkussens, geen duidelijke nagelindrukken. Dat hadden we allemaal beredeneerd na ongeveer vijf minuten observeren en meten. Maar het eerste wat ik zei toen ik de prent zag was geloof ik: O my god. Waarop Nicolette meteen zei: O my cat. Maar het is de eerste keer dat we de prent van een wilde kat zouden vinden, dus ga ik toch Annemarie van Diepenbeek maar even lastig vallen. 

Foto 1. Prent van een wilde kat?
En het was toch al geen beroerde dag, ondanks het gemis van de lynx. We volgden tientallen keren voor kortere of langere tijd de 'trail' van een vos. Zagen meerdere keren boommarters en bosmuizen over het pad hoppen, vonden prenten van wild zwijn en wasbeer en meterslange gangen van woelmuizen. 

Boommarter
Het meest werden we in beslag genomen door twee prachtige boommarterwissels. Na lang zoeken vond ik soms een prentje waar de teenkussens nog een beetje te zien waren, maar bij de meeste moest ik het doen met de contouren, wat natuurlijk ook niet zo gek is bij boommarterprenten. Ze hebben immers nogal een fors 'behang' tussen de teenkussens. 
De drukbelopen wissel kwam uit het bos (zie foto 2), stak het pad over, het talud af, linea recta naar een van de 2 plekken waar ze, op een traject van ongeveer 3 kilometer, de snelstromende Ecker over konden steken. Bij de eerste plek werd een liggende boom gebruikt die volledig de beek overspande (foto 3), bij de tweede plek geval hopten ze van steen naar steen naar boom (foto 4). 

Foto 2. Plek 2. Wissel van boommarter.

Foto 3. Plek 1. Boom wordt door boommarter gebruikt om de beek over te steken.

Foto 4. Plek 2. Oversteekplaatsen van de marter. Bij de onderste rode pijl is vaag
het slijtspoor te ziet waar de marter zich afzet om naar de volgende steen te
springen. Via de tak waar de bovenste rode pijl bij staat vervolgde hij zijn weg.
Vos
En dat tot slot, jullie vervelen je vast stierlijk van al dat geleuter over spoortjes in de sneeuw, natuurlijk nog wel een vossenspoor. Een dag zonder vos, is geen goede dag. Ik ben van vossen gewend dat ze redelijk 'wild' graven als ze iets eetbaars op het spoor zijn. Hier in de sneeuw en met bevroren ondergrond willen ze blijkbaar niet te veel energie verspillen. Het zijn telkens kleine krabplekjes (foto 5), meestal leidt het naar de ingang van een muizenhol. Maar ook hier heeft hij of zij het weer snel opgegeven. Op naar de volgende kans. Net als wij.

Foto 5. Loopspoor met krabplekje van een vos. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten