zondag 20 februari 2011

Warmlopen voor ...



Kijken naar de klapekster...

Warmlopen voor Natuur, ik doe het graag en het liefst zo lang mogelijk. Vandaag was de slotmanifestatie van de gelijknamige actie bij het bezoekerscentrum in Ruinen, aan de rand van het Dwingelderveld. Met een bescheiden groepje liepen we er vanuit Spier naartoe. Collega boswachter Albert Henckel leidde ons langs het Holtveen, de Hoornse plas en de Kraloƫrheide. Ik kom niet zo heel vaak op het Dwingelderveld en elke keer ben ik dan ook weer onder de indruk van de leegte. Zo'n gevoel dat je als mens, als het er echt op aan komt, niet zoveel voorstelt. Voor de helderheid, ik vind dat wel een fijn gevoel. Het overkomt me ook vaak in de bergen, beetje onweer erbij en alle ingrediƫnten zijn aanwezig voor een basisles nederigheid. Ik weet ook wel dat ik dat nu vanuit een redelijke luxe positie kan opschrijven, maar het gaat om het idee.
Des te meer respect heb ik dan ook voor een klapekster die juist die grote open vlaktes verkiest om de winter door te brengen, liefst wel met hier en daar een struikje om pront in het topje te kunnen zitten. Beetje om je heen koekeloeren en af en toe een dwergmuis of vroeg wakkere hagedis de stuipen op het lijf jagen. Als prooi heb je nog geluk als je meteen wordt opgegeten, maar in sommige gevallen word je als levende voorraadkamer aan een doorn gespietst...Hoe dan ook, we konden enige tijd genieten van zo'n klapekster en we zagen hem ook nog even bidden voor het eten, net als torenvalken doen.
Even voorbij de klapekster kwam er vanuit een andere hoek van het Dwingelderveld nog een warmloopgroep. Het beeld deed me denken aan Asterix op Corsica, waar uit alle hoeken en gaten de stamhoofden met hun krijgers komen om Ozewiezewozewiezewallakristallaix te helpen de Romeinen te verslaan. De zwakke partij verslaat de grote overheerser door gezamenlijk ten strijde te trekken. Maar het Dwingelderveld is geen Corsica en het ging er dan ook een stuk gemoedelijker aan toe. En zo hoort het ook, voor natuur moet je niet hoeven vechten.
Waar anderen de bus terug namen, liepen wij via de Davidsplassen een stevige tien kilometer terug naar Spier. En warempel, ook in deze hoek zat weer een klapekster in een al even fraaie setting als zijn soortgenoot eerder op de dag. De late middagzon zette hem vol in de schijnwerpers, alsof hij ieder ogenblik een belangrijke speech kon beginnen. Maar ja, dieren kunnen helaas niet voor zichzelf spreken of opkomen. Ik heb ooit ergens gelezen dat wij als mensen dat daarom moeten doen... Waarvan akte!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten